Leertips om effectiever te studeren

Vandaag geef ik je vijf tips om beter te kunnen studeren en een succes te maken van je taalstudie. Nu we allemaal door corona thuis zitten en zelf moeten studeren, al dan niet ondersteund door online les, is het niet altijd makkelijk om de motivatie op te brengen of weet je misschien niet hoe je het aan moet pakken. Met deze taalspecifieke leertips wil ik je daar graag bij helpen.

(Misschien lees je tussen de regels door dat je harder moet studeren dan je nu doet. Hoewel dat waarschijnlijk waar is – want wat je erin steekt, haal je er ook weer uit – zijn de tips zijn niet bedoeld om je harder je best te laten doen. Zie ze eerder als een leidraad om tot betere en snellere resultaten te komen, waardoor je ongetwijfeld ook meer plezier in je studie zult krijgen.)

1.  Heb realistische verwachtingen

We willen allemaal wel dat het sneller gaat, maar een taal leren kost veel tijd en moeite. Van mijn cursisten hoor ik regelmatig:

‘Ik begrijp het wel, maar als ik zelf moet praten dan weet ik het allemaal niet meer’.
‘Ik krijg nog steeds geen normale zin uit mijn mond’.
‘De Spanjaarden praten veel te snel en ik begrijp er niets van’.

Laatst verzuchtte iemand die pas sinds een paar maanden bezig is dat hij Spaans spreekt in Jip en Janneke-taal. Nou, dat is al heel wat!

Ga ervan uit dat het leren van een vreemde taal tijd kost. Zeker als je maar één keer per week  les hebt. Neem dat als uitgangspunt en stel vervolgens je verwachtingen bij. Je leert nu eenmaal niet in één jaar vloeiend Spaans spreken.

Wat ook helpt: kijk naar de leerdoelen die aan het begin van je cursus zijn opgesteld (bijvoorbeeld: iets kunnen bestellen in een restaurant)  en ga eens bij jezelf na of je die leerdoelen hebt behaald. Dan zul je waarschijnlijk zien dat je al een hoop hebt geleerd.
Dat motiveert niet alleen, maar voorkomt ook veel frustraties!

Duik eens in de verschillende niveaus van het ERK. Volg je een cursus op niveau A1 of A2? Kijk dan eens goed wat die niveaus eigenlijk inhouden en kijk of jouw taalvaardigheid daarbij aansluit. Van iemand die een cursus doet op niveau A1 of A2 wordt niet verwacht dat hij een serie als La casa de papel kan volgen, om maar iets te noemen.

De niveaus van het ERK.

2. Oefen wat je wil kunnen

Bedenk voor jezelf wat je doel is. En handel daar vervolgens naar.

Als je een taal goed wilt beheersen, zul je in vier vaardigheden (lezen, schrijven, luisteren, spreken) min of meer bekwaam moeten zijn. Deze vaardigheden zijn met elkaar verweven: als je iets gaat schrijven moet je zelf zinnen maken, net als bij spreken (schriftelijke en mondelinge productie, noemen we dat) En als je iets wilt kunnen bestellen in een restaurant, dan zul je ook de kaart moeten kunnen lezen.

Maar welke van deze vaardigheden zijn voor jou het belangrijkst?

Als je vooral met Spanjaarden of Italianen wilt kunnen praten, zul je oefeningen moeten doen die je spreekvaardigheid bevorderen, namelijk: luisteren (om te begrijpen wat er gezegd wordt) en spreken.

Je kunt daarvoor zelfstandig werken aan je luistervaardigheid. Zèlf je spreekvaardigheid oefenen is iets ingewikkelder, maar je hebt niet per sé een gesprekspartner nodig: werk aan je uitspraak door teksten na te spreken of op te lezen, of vertel jezelf bijvoorbeeld iedere dag hardop wat je aan het doen bent. Waar het voornamelijk om gaat is dat je veel oefent.

Denk daarbij aan het volgende: als je veel woorden en grammatica leert, maar nauwelijks iets doet met je luistervaardigheid en spreekvaardigheid, dan zul je op die vlakken niet zo snel vooruit gaan.

Heb je een kennis of vriend in Spanje en hebben jullie wel eens contact via app of mail? Vraag hem of hij eens een spraakbericht stuurt waarin hij langzaam spreekt. En dan antwoord jij natuurlijk ook met een ingesproken bericht. Vraag hem of hij je wil corrigeren, ook al heeft hij al gezegd dat je het fantástisch hebt gedaan (hij wil je graag motiveren en zal je uit beleefdheid waarschijnlijk niet corrigeren).

3. Studeren hoeft niet altijd uit boeken

Als je een taalcursus doet, heb je waarschijnlijk boeken om mee te studeren. En als je dan je huiswerk gaat maken, pak je die boeken. Dat geeft houvast, maar kan ook saai zijn.

Buiten je boeken om is er zoveel meer!

 

4. Wees leergierig en volhard

Als je vorderingen wilt maken, probeer dan verder te gaan dan alleen je oefeningen doen en ya está.  Zoek ook  de betekenis op van iets dat je niet begrijpt (wat betekent bijv. ya está?). En sla die woorden vervolgens op in je woordenlijst en herhaal ze later weer.

Of zet het Spaanse filmpje dat je bekijkt een paar keer op pauze en herhaal het filmpje net zolang totdat je het begrijpt. Dat is beter dan dat je het bij de tweede keer opgeeft omdat het ‘te moeilijk’ is.

Een voorbeeld uit mijn eigen praktijk:
Toen ik nog in Spanje woonde en met de metro reisde, bestudeerde ik alle reclameborden waar ik langs kwam. Als ik iets niet begreep, nam ik er een foto van en zocht ik dat later op. Ik luisterde naar gesprekken van anderen en probeerde daar in mijn hoofd op te reageren. Zo kon ik op mijn eigen manier toch oefenen, ook al had ik op dat moment nog geen Spaanse vrienden.

Maak dus overal een leermoment van.

Je kunt bijvoorbeeld ook jezelf in het Spaans vertellen wat je vandaag gaat doen of hoe je je voelt. Tegen jezelf praten was nog nooit zo zinvol.

5. Luisteren is spreken

Wil je goed leren spreken, ga dan veel luisteren. Daarover lees je meer in dit blog.

Ben je geïnspireerd geraakt? Hup, aan de studie dan! 😉

Ben je er moe van geworden? Zet je favoriete Spaanse muziek op, schenk een Rioja in en denk aan al die mooie Spaanse zomers die nog zullen komen, en waarin jij ieder jaar een beter gesprek kunt voeren met de barman. Poco a poco.